Lomé, Togo, 11 – 15 april 1997
De laatste dagen van mijn reis zijn aangebroken. Ik breng ze door in Lomé, de hoofdstad van Togo. Ik ben moe, vier maanden hard reizen, veel schrijven laten hun sporen achter.
Ik zit te lezen op het terras van hotel Le Galion. Onder de ventilator want het is gruwelijk warm. Een blanke man komt op me af. Hij stelt zich voor als Johann, hij is Duitser. Begin dertig, groot en fors.
Duitsers zijn goede reizigers. Ze zijn avontuurlijk, een beetje wild. Ze gaan een goed gesprek niet uit de weg.
Johann is anders, waarom weet ik niet.
‘Ik ga naar de fetisj markt,’ zegt hij. ‘Heb je zin om mee te gaan.’
Le marché des féticheurs. Ik moet er nog heen. Ik kijk hem aan en ik twijfel.
‘Ik spreek geen Frans,’ zegt Johann. Hij veegt met de achterkant van zijn hand zijn lange zwarte haren uit zijn gezicht.
‘Oké.’ Ik hak de knoop door.
De fetisj markt is een kleine markt, helemaal gericht op het toerisme. Er liggen schedels, gedroogde beesten, potjes met dit en met dat. Meteen als we de hoek omkomen rent een jonge man op ons af. Een gids. We onderhandelen over een prijs. Het is duidelijk dat we hier zonder hem niets te zien krijgen.
schedels
Ik bekijk de schedels, maak foto’s, terwijl de gids zijn routineverhaaltje afsteekt. Ik luister niet.
‘Ik wil een fetisj,’ zegt Johann plotseling.
De gids grijnst, brengt ons naar een kleine tent, achteraan op de markt.
‘Een grote meester,’ zegt hij en buigt zijn hoofd respectvol.
‘Vast familie,’ fluister ik naar Johann.
De gids geeft een teken en een jongetje begint te rennen. Even later arriveert een oudere man. Hij heeft een lichtbruine huid en grijzend haar. Een statige houding. De féticheur. We zijn een grote prooi en moeten goed aangepakt worden.
‘Dit gaat geld kosten,’ zeg ik tegen Johann. Maar hij hoort het niet, hij is druk in de weer zijn geluidsopname apparatuur in te stellen. Geen woord wil hij missen.
Een voor een worden de fetisjen getoond. Uiteindelijk kies ik voor een zakje met honderden kruiden, ik zal geluk hebben zo lang ik het draag. Een fetisj voor een veilige reis naar huis. En tenslotte een fetisj voor de liefde. Ik hoef er alleen een druppeltje parfum op te sprenkelen. Sterke drank kan ook. En dan, terwijl ik het in mijn linkerhand hou, zeven keer de naam van mijn geliefde noemen. Ze is daarna van mij. Ik popel om het uit te proberen.
De féticheur legt mijn objecten bij elkaar. Er volgt een heel ritueel om ze te begeesteren.
‘Zwarte magie,’ vraag ik hoopvol.
‘Nee.’ Hij schudt heftig zijn hoofd. ‘Hier gebruiken we alleen witte magie.’
Ik maak me een beetje ongerust. ‘Maar het werkt toch wel op Nederlandse vrouwen?’
‘Alle vrouwen.’
‘Maak het toch maar extra sterk.’
De féticheur vervolgt zijn ritueel, hij legt ondertussen uit wat hij doet. Zijn Engels is prima, geperfectioneerd in het jarenlang betoveren van toeristen.
Johann maakt foto’s en kijkt op zijn opnameapparatuur. Als de wijzertjes niet voldoende uitslaan, vraagt hij de féticheur of hij een stukje kan herhalen.
wie is wie
Nadat alle voorwerpen zijn ingewijd, wordt de prijs bepaald. Gewoon een prijs noemen kan natuurlijk niet, wie weet wat er dan verkeerd kan gaan. Nee, de geesten moeten het doen. De féticheur neemt een handvol botjes en werpt die op de grond.
‘Twintigduizend CFA’, zegt hij tegen mij. Zeventig gulden. Heeft de geest toch niet goed in mijn portemonnee gekeken want zoveel heb ik niet eens bij me. Uiteindelijk weet ik af te dingen tot vierduizend CFA, dertien gulden. Niets menselijks is die geesten vreemd. Beter één vogel in de hand dan tien in de lucht.
Natuurlijk moet Johann meer betalen.
‘Veertigduizend CFA.’ De geesten hebben het op hem voorzien. En hij heeft meer fetisjen dan ik.
‘Duizend CFA,’ gokt hij. Drie gulden.
De féticheur springt uit zijn vel. Hij vindt het een belediging.
‘Je hebt foto’s gemaakt en opnames.’ Hij wijst op de geluidsapparatuur.
Johann kijkt mij aan. ‘Duizend vind ik genoeg,’ zegt hij.
Ik haal mijn schouders op. Dit is niet mijn probleem.
‘Ik wil minstens tienduizend voor de foto’s en de opname,’ zegt de féticheur. ‘Of anders moet het bandje leeggemaakt worden.’
‘Duizend,’ zegt Johann. ‘Inclusief de fetisjen.’
Er volgt een opstootje. Allerlei mensen bemoeien zich ermee en uiteindelijk bestelt de féticheur een taxi om naar de politie te gaan.
‘Jij moet die taxi ook betalen,’ fluister ik Johann toe. ‘Je kan beter die opname leegmaken en die fetisjen teruggeven.’
‘Ja, maar ik wil die opnamen en die fetisjen.’
‘Dan moet je handelen en tot een akkoord komen. Maar je krijgt alleen een goede prijs als je bereid bent om weg te lopen.’
Hij kijkt me aan of hij water ziet branden.
‘En wat je in ieder geval moet doen, is respect tonen.’
Maar Johann snapt het niet.
‘Naar het politiebureau,’ zegt de féticheur.
‘Nee,’ zegt Johann.
‘Dan moet je betalen,’ zegt de féticheur.
‘Nee,’ zegt Johann.
‘Dan moet je de opnames wissen en de fetisjen teruggeven,’ zegt de féticheur.
‘Nee,’ zegt Johann.
‘Hee, je zal ergens voor moeten kiezen,’ zeg ik in het Duits, er op gokkend dat de geesten dat hier niet spreken.
Hij kijkt me hulpeloos aan.
‘Wat moet ik doen,’ vraagt hij.
‘Wat wil je betalen.’
‘Duizend.’
‘Doe niet zo dom,’ zeg ik. Onderhandelen is niet gemakkelijk voor een Europeaan, maar Johann slaat alles. Zijn schouders hangen en hij jammert.
‘In het binnenland, in de dorpen ging alles gemakkelijker.’
Maar na een paar minuten besluit hij dat hij wel meer wil betalen. En ik mag de kastanjes uit het vuur halen.
Ik loop op de féticheur af en leg hem het compromis voor. De taxichauffeur kijkt bedenkelijk. Daar gaat zijn vrachtje.
‘Hij wil tienduizend betalen.’
‘Te weinig,’ zegt de féticheur.
Ik buig me naar hem toe. Ik fluister.
‘Kan je die liefdesfetisj van hem niet onklaar maken. Hij is te erg voor vrouwen.’
Hij knikt en een lachje speelt rond zijn mond.
We schudden de hand. De geest is in de fles en alles in kannen en kruiken.
Liefdesfetisj
Later in de middag op het terras van het hotel geeft Johann me een pilsje als dank.
Hij kijkt me met grote ogen aan. Hij legt zijn hand op die van mij.
Mijn hart begint sneller te kloppen en het bloed suist in mijn oren.
‘Ik moet pakken,’ stamel ik. Ik vlucht naar mijn kamer en draai de deur op slot.
Die nacht vertrek ik per vliegtuig naar Parijs.
Lomé, tip
hotel Le Galion
In Lomé heb ik een aangename tijd gehad in hotel Le Galion. Emile is de eigenaar en weet alles van Lomé, van Togo en van de omliggende landen. Hij bespaarde mij duizend gulden door mij te helpen met mijn terugreis. De kamers zijn redelijk goedkoop, heel schoon en comfortabel.