Een fietsetappe bestaat voor mij uit (minstens) 5 onderdelen.
Natuurlijk de voorbereiding (1), hoe laat gaan je weg, zit de kaart in je mobiel, is alle electronica opgeladen. Water in de flessen. Genoeg te eten voor onderweg.
Dan is er het vertrek (2). Alles op de fiets pakken, een laatste controle. Ben ik echt niks vergeten?
Onderweg (3) moet er getrapt worden, genoten en nog veel meer afgezien. Op tijd eten en drinken. Niet vergeten foto’s te maken.
Aankomen (4) is het belangrijkst, wat er ook gebeurd is onderweg. Je kan slecht aankomen, je komt in een onbestaanbaar gat terecht. Je kan goed aankomen, je ziet bij het binnenkomen de parasols van de terassen al staan. En je kan thuiskomen. Niet thuis thuis, maar thuis onderweg.
En tenslotte is er de nabewerking (5). Hier kan je van zwart toch nog wit maken. Met wat opgepoetste foto’s en wat jolige verhalen lijkt het alsof het een geweldige dag is. Met een beetje geluk geloof je het zelf.
De dag begint bij het station van Bozen. De avond ervoor heb ik al gekeken, om 9:06 vertrekt de trein naar Rovereto. Het boekje wat ik gebruik laat me saai verder langs de rivier rijden, en daarna, nog saaier de Po-vlakte op. Saai heb ik niks mee. Ik wil langs het Gardameer.
Kaartje (€ 6,90) en fietskaartje (€ 3,50) gekocht, en de fiets in de speciale fietscoupé getild.
Van Rovereto fiets je zo naar het Gardameer, slecht een klein colletje over en je bent er. Na de col fout gereden, waardoor ik aan de westkant van het meer terechtkom. Dat klinkt misschien raar, maar het meer ligt beduidend lager en op een rotonde pak ik een afslag te vroeg. Je gaat dan hard naar de verkeerde kant, en terug is geen aantrekkelijke optie.
Bij Riva di Garda rijdt ik de weg op en sta plots voor een tunnel. Er lijkt een pad overheen te lopen, maar bij nader onderzoek is dat toch niks. Ik zie een wielrenner, op dunne bandjes, de tunnel in fietsen. Ik er achteraan. Deze tunnel is de eerste uit een verschrikkelijk lange reeks. Ruw geschat bestaat 75% van de weg langs de westkant van het meer uit tunnels. Lange tunnels en nog veel langere tunnels. Het is niet overdreven druk, maar plezierig is anders. Afzien wordt het pas echt als een van die tunnels omhoog loopt. Volgens mijn GPS stijg ik in 1200 meter 60 meter. 5%. Ik denk dat het iets langer is, maar het maakt niet uit. Een slecht verlichte tunnel, vol met uitlaatgassen terwijl de auto’s langs je razen. Afzien.
Na de afdaling wordt het tijd een hotel te zoeken. Ik kijk op de app van Booking. Ik rijdt het ene plaatsje na het andere door. Dan is er volgens Booking een goed en goedkoop hotel, ik stop en zie het hotel liggen, ik hoef alleen maar 50 meter te klimmen. Ik stap op mijn fiets en rijdt door, klimmen heb ik nu echt geen zin in. Meteen heb ik spijt, maar de weg loopt naar beneden. Ik baal als ik de bocht om ga. Maar dan ligt er een prachtige baai voor me, met een boulevard en terrasjes in de zon. Op het meer zacht wiegende zeilboten. Ik knijp in mijn remmen. Ik ben thuis. Ik blijk ook nog precies voor een redelijk goed hotel te staan. Tien minuten later zit ik met een grote bier (en toevallig ook nog gratis pinda’s) op het terras. Alle afzien is vergeten.
Het beste restaurant van het plaatsje (volgens Tripadvisor is het nummer 5) heet Osteria Gatto D’Oro. Het restaurant staat vol met prullaria, de meesten hebben iets van doen met katten. Wordt gerund door drie vrouwen. De vrouw die bediende had duidelijk lol in haar werk. En het eten was heerlijk.
Bozen – Rovereto met de trein (van 9:06)
Rovereto – Toscolano Maderno
Started: 30 sep. 2016 10:19:02
Distance: 66,33 km
Ascent: 631
Descent: 798
De GPS heeft ongeveer 5 kilometer ‘gemist’ door alle tunnels.
Limone, aan het nevelige Gardameer
De baai van Toscolano Maderno
L’Osteria Gatto D’Oro